Skip to main content

Een jonge club met een lange geschiedenis
De Vespa Scooterclub Nederland (VSN), waarbinnen de Vespa Club Gelderland (VCGE) met nog 6 andere Vespaclubs een federatie vormt, bestaat sinds 1983. Liefhebbers van Vespascooters zijn al eind jaren ’40 begin jaren ’50 begonnen met het in verenigingsverband rijden van ritten en het organiseren van treffens.
Sinds 20 februari 1997 heet de club van de Gelderse Vespisten de Vespa Club Gelderland.

Het begin
Omstreeks 1950 was de scooter naast de fiets zo ongeveer het meest voorkomende vervoermiddel in Nederland. Iedere grote plaats had merkenclubs van scooters. Vooral voor Vesparijders was bijna overal wel een club te vinden waarbij men zich kon aansluiten. Zo ook in de Gelderse steden. In die tijd organiseerden clubs, net als tegenwoordig, tourritten en meerdaagse treffens.

De plaatselijke Vespaclubs hadden onderling goede contacten en besloten zich te organiseren in een overkoepelende organisatie: de Vespa Club Holland (VCH).
In 1953 werd door enkele Europese nationale clubs, waaronder de VCH, de Vespa Club d’Europe opgericht. Na enkele jaren wilden ook landenclubs van buiten Europa lid worden en werd de naam gewijzigd in Fédération Internationale des Vespaclubs (FIV).Deze FIV had goede banden met Piaggio, de fabriek waar onze Vespa’s vandaan komen.
Eind jaren ’60 verdween de scooter geleidelijk uit het Nederlandse straatbeeld. Bijna alle plaatselijke clubs in Nederland hielden op te bestaan en uiteindelijk ging de VCH ter ziele. Statutair werd de club niet opgeheven. Omdat het vooral in de Zuid-Europese landen minder treurig verliep, bleef de internationale overkoepelende organisatie FIV bestaan.

De herstart
Omstreeks 1980 kwamen de Vespa’s weer bescheiden terug op de Nederlandse wegen. Het bleek dat in al de tussenliggende jaren zeer veel Vespa’s in een hoekje van de schuur op betere tijden hebben staan wachten. Nu reden ze weer, samen met heel veel jongere types, als trotse mooie oldtimers door Nederland. Dit meestal niet meer als hoofdvervoermiddel zoals vroeger, maar meer voor het plezier.

En hoe meer zielen, hoe meer plezier vond Hans Beumer uit Arnhem. Hij kwam al gauw in contact met enkele andere enthousiaste Vesparijders (vooral Gelderlanders) en richtte in 1983 de Vespa Scooterclub Nederland (VSN) op. Hans Beumer, nu nog steeds een actief lid van onze club, werd de eerste voorzitter.
In eerste instantie werd gedacht om de nieuwe vereniging Vespa Scooter Club Nederland (VSCN) te noemen, in plaats van Vespa Scooterclub Nederland (VSN). De naamgeving verliep niet helemaal gladjes. Het liefst had men de nieuwe club eigenlijk weer Vespa Club Holland willen noemen als logisch vervolg van de vroegere nationale Vespa Club. Helaas maakten enkele voormalige bestuursleden van de sluimerende VCH daar bezwaar tegen.

Het bestuur van de VSN, allemaal Vesparijders uit Gelderland, timmerde behoorlijk aan de weg en het ledental groeide snel. Toen bleek echter dat een klein land als Nederland te groot was voor alleen een landelijke Vespaclub. Voor velen was de afstand naar en van een door de VSN georganiseerde rit te groot.

Van regio naar club
De VSN werd onderverdeeld in een aantal regio’s. In iedere regio werd een ‘regiovertegenwoordiger’ aangesteld die binnen de eigen regio activiteiten organiseerde. Tot de regio Oost-Nederland behoorden de provincies Utrecht, Gelderland en Overijssel. Het was voor één vertegenwoordiger wel een erg groot gebied en al gauw kreeg de regiovertegeenwoordiger Oost hulp van enkele andere leden. Er werd een soort bestuur gevormd. Hierdoor kreeg de club binnen de Vespa Scooterclub Nederland de status van Vespa Club Oost-Nederland in oprichting (VC Oost-Nederland i.o.).
Geografisch gezien was de VC Oost-Nederland i.o. wel heel erg groot. Men werkte daarom aan een opdeling die in 1987 werd gerealiseerd. In Overijssel ontstond ook een zelfstandige club i.o. onder de naam Vespa Scooterclub Twente i.o..
Het bestuur van VSN, met voornamelijk mensen uit Gelderland, wilde graag dat de club, net als de VCH in het verleden, aangesloten werd bij de nog steeds bestaande en vooral in de zuidelijke landen actieve Fédération Internationale des Vespaclubs (FIV).
Dat was in principe wel mogelijk, maar men zag bij de FIV graag dat de VSN dan over zou gaan tot oprichting van regionale clubs in plaats van regio’s. Het bestuur zegde toe daaraan te gaan werken en die intentie was voor de FIV voldoende om de VSN als lid te accepteren. Die aansluiting bij de FIV moest overigens nog wel bevestigd worden door de Ledenvergadering van de VSN. Die bevestiging van de leden kwam er in 1993.
Wel had dat direct gevolgen voor de VSN en de regio’s. De regio’s werden clubs i.o. en de VSN werd een overkoepelende federatie met als enige leden die clubs i.o.
In de loop van de tijd werden vier oud-bestuursleden van de VSN tot erelid benoemd. Dit viertal is ook lid van de huidige Vespa Club Gelderland en zij zijn dus de enige individuele leden van de VSN.

De VSN was dus vanaf 1993 aangesloten bij de FIV. Daardoor kon ieder individueel lid vanaf toen ook deelnemen aan alle internationale treffens, waaronder de Eurovespa.
Dat Eurovespa is een groot treffen dat, onder auspiciën van de FIV ieder jaar werd gehouden in (meestal) steeds weer een ander land. Voor de Nederlandse Vesparijders was de editie van 1998 in Groningen het hoogtepunt. Ruim 2000 Vespisten uit vele landen namen deel. Deelnemers die het verst wegkwamen waren twee heren uit Zuid-Afrika!

Na verloop van tijd hadden ook de regiovertegenwoordigers van de andere regio’s medewerkers aangetrokken en werden besturen gevormd. Al deze clubs, dus ook onze club onder de naam VC Oost-Nederland, werden middels statuten en een huishoudelijk reglement zelfstandige clubs (dus zonder de toevoeging i.o.) binnen de federatie VSN.
Omdat Flevoland inmiddels aan de VC Oost-Nederland was toegevoegd, bestond de club opnieuw uit drie provincies. De oppervlakte was weer te groot en door opsplitsing werd dit opgelost. De provincies Utrecht en Flevoland gingen in 1995 samen verder onder de naam Vespa Club Midden-Nederland.

Van VCON naar VCGE
In de Algemene Leden Vergadering van 1997 vonden de leden van VC Oost-Nederland het tijd daar was om de naam van de club te wijzigen in Vespa Club Gelderland (VCGE). De club bestond toen tenslotte alleen nog uit de provincie Gelderland. Het bestuur stapte naar een notaris met als resultaat een nieuwe naam voor de club met nieuwe statuten en huishoudelijk reglement.
De naam Vespa Club Gelderland bestaat nog niet zo erg lang, maar de VCGE stond wél aan de wieg van de Vespa Scooterclub Nederland.

VSN en de aangesloten clubs
Er zijn nog zeven bij de VSN aangesloten clubs. Het totale aantal leden van alle clubs bij elkaar is nu ongeveer 650. De VSN geeft een mooi magazine “Wesp” uit als kwartaalblad.
Binnen de VSN is in 2003 het Vespa Oldtimer Register (VOR) opgericht. Een individueel lid van één van de bij de VSN aangesloten clubs en die in het bezit is van een Vespa van 25 jaar of ouder, kan zich gratis inschrijven bij deze VOR.

Helaas heeft Piaggio in 2005 besloten te stoppen met de financiële bijdrage aan de internationale overkoepelde organisatie FIV. Dat betekende het einde van de federatie. Wel probeert Piaggio om, op een andere wijze en onder een andere naam (Vespa World Club), opnieuw de landenclubs met elkaar en met de fabriek te verbinden.

Vespa Club Gelderland
De Vespa Club Gelderland kan binnen de VSN beschouwd worden als een zeer actieve, middelgrote club.
In de maanden dat het weer ons uitnodigt de Vespa uit de stalling te halen, van begin april tot eind oktober, worden ritten georganiseerd. Ook organiseert het bestuur andere bijeenkomsten zoals: koffiekletsen, sleuteldagen en weekend-treffens.
Tot voor kort werd door de VCGE het clubblad “Vesparade” uitgegeven. Aangezien de leden in de Algemene Ledenvergadering van 2007 aangaven meer behoefte te hebben aan sneller beschikbare en actuelere informatie, is besloten tot een stop van het clubblad en de start van een website met daarnaast, indien nodig, een digitale nieuwsbrief. Hierdoor kunnen de hoge kosten voor het uitgeven van een eigen blad aan andere zaken kunnen worden besteed.
Bezien wordt of het mogelijk is een eigen katern in het landelijke clubblad “Wesp” te verkrijgen.

naar tekst van Wim de Jong

X